Naar aanleiding van de vijfentwintigste sterfdag van
journalist Ischa Meijer (1943-1995) verscheen, naast een heruitgave van zijn literaire
werk (Zo, en niet anders) en een
interviewbundel (Ischa), in de reeks Privé-domein ook
Ik heb niets tegen antisemieten, ik lééf
ervan. Ronit Palache maakte een selectie uit de toneelstukken, interviews
en columns die Ischa Meijer tijdens zijn leven schreef voor kranten als Het Parool en diverse tijdschriften (waaronder
het progressieve De Nieuwe Linie,
alsook Vrij Nederland en de Haagse Post). Ook een aantal van zijn
gesprekken op de radio (Een uur Ischa
en Een dik uur Ischa) zijn opgenomen
in deze papieren uitgave. In het hoofdstuk met als titel Op de keppel beschouwd bracht
Palache Meijers interviews met joden bijeen. Hierin komen onder meer Leon de
Winter, Eli Asser, Hanneke Groenteman en Marga Minco aan bod. Ook een selectie
van Meijers poëzie, columns (bv. Dikke
Man) of herinneringen zoals uitgesproken op de radio door Ischa Meijer
zelf.
In een verhelderende
inleiding beschrijft Ronit Palache in het kort de steile carrière van de rebel,
die in elk woord dat hij schreef zijn persoonlijke achtergrond verwerkte:
geboren in een joodse familie, op een leeftijd van vier maanden in het
concentratiekamp terecht gekomen en naar Bergen-Belsen gevoerd met zijn moeder;
vervolgens levend in een gezin dat zwijgt over wat was: zowel de orthodoxe
vader als de aan vader gehoorzamende moeder, beiden met oorlogstrauma, en ook
nog broer en zus. Het gevolg is dat alle kinderen breken met hun ouders. Ischa
zelf schrijft in 1974 Brief aan mijn
moeder, en blijkt daarmee de eerste ‘tweede-generatie slachtoffer’ die
spreekt over het leven van de kinderen van zij die de concentratiekampen
overleefden. Hij doet dat authentiek en eerlijk; velen in zijn situatie zullen
zich in zijn woorden herkennen. Dezelfde authenticiteit, maar ook dezelfde roep
om aandacht zien we terug in al zijn interviews. De psychoanalyse die hij
jarenlang volgde bij de beroemde psychiater Louis Tas werkte door in zijn
vragen, zijn onderwerpskeuze. Zo betrof zijn eerste reportage een reis naar
Israël in 1960. Openen doet de bundel trouwens met het pakkende gedicht Victorieplein, over ‘een jongetje dat
alles goed zou maken’ (Ischa zelf natuurlijk, die in zijn herinnering
terugkeert naar een tijd waarin alles nog ten goede had kunnen keren).
Natuurlijk is
niet alles in deze vuistdikke verzamelbundel van eenzelfde hoogstaande
kwaliteit. Wel krijgen we een zeer boeiende dwarsdoorsnede van de uiterst grote
hoeveelheid werk die Ischa Meijer verzet heeft. We horen zijn snerpende stem,
zijn soms drammerige manier van vragen stellen, maar leren ook een angstige
vogel kennen die steeds op zoek is naar bevestiging. De selectie die Palache
maakte mag als representatief beschouwd worden voor de ‘definitieve’ Ischa. Wie
dan nog niet genoeg heeft, kan op internet terecht voor de stem van Ischa. De
titel van het boek is overigens een citaat van Ischa Meijer zelf.
Ischa Meijer, Ronit Palache (sam.): Ik heb niets tegen
antisemieten, ik lééf ervan, De Arbeiderspers, Amsterdam 2020, 539 p. ISBN
9789029540254. Distributie L&M Books
deze pagina printen of opslaan