10+ - Wanneer een
van de grote namen uit de jeugdliteratuur na ruim vijftien jaar met een nieuw
boek komt, zijn de verwachtingen onvermijdelijk hooggespannen. ‘Wie alles wil
weten, van de hoed en de rand, wordt ten sterkste aangeraden om dit verhaal
niet te lezen’, zo luidt het nog voor het bevreemdende, bijna
magisch-realistische Het levende hoofd van start is gegaan.
Net als in haar
beginjaren maakt Els Pelgrom het haar lezers niet gemakkelijk. Toen won zij tot
driemaal toe een Gouden Griffel en andere bekroningen zoals de Woutertje
Pieterse Prijs, voor respectievelijk De kinderen van het Achtste Woud (1977),
Kleine Sofie en Lange Wapper (1984) en De eikelvreters (1989),
die kinderboeken mee op de kaart zetten als échte literatuur, maar tegelijk de
vraag opriepen of deze boeken nog wel boeken voor kinderen waren. Die
bedenkingen kunnen vandaag gemakkelijk ook bij Het levende hoofd worden
geformuleerd, een verhaal waarvan de intussen 88-jarige Els Pelgrom in
interviews overigens zelf aangaf dat ze het idee kreeg dat het veeleer voor volwassenen
was.
Het
absurde verhaal van een kaal hoofd dat al jaren op een wit hoofdkussen ligt en
daar door zijn grootmoeder wordt verzorgd – nadat zijn moeder er van schrik
vandoor ging – uit dan ook flink wat kritiek op de maatschappij. Toch hoeft dat
kinderen niet af te schrikken: het boek leest nu eens als een parabel, dan weer
als een sprookje, maar evengoed als een avonturenverhaal.
Al jarenlang wordt het hoofd
verzorgd door grootmoeder Alsinha, tot hij op een dag wordt aangeproken door
een gekko. Die kan blijkbaar een aantal wensen vervullen met tot dan toe
onaangesproken toverkracht – ‘Het was moeilijk, heel moeilijk, zo’n keuze te
maken. Misschien wel het moeilijkste wat er is, vooral als je kon kiezen wat je
maar wou. Eenmaal gedaan, was er geen weg terug’. Helemaal heeft de gekko zijn
toverkunsten niet onder controle, waardoor het hoofd bij het gewenste lange
zwart haar ook drie veren krijgt, later harkerige benen en armen, en
uiteindelijk een wit lijf bij zijn donkere hoofd. Witteveer, zoals de gekko hem
noemt, kan niet wachten om de wereld te ontdekken, maar die blijkt niet klaar
om wie er anders uitziet zomaar te ontvangen…
Het levende hoofd wijkt
zozeer af van wat vandaag doorgaans als jeugdliteratuur verschijnt, dat de
leeservaring aanvankelijk weerbarstig is: het perspectief is springerig, gedachten,
dromen en ervaringen worden breed uitgesponnen, en lezers moeten bereid zijn
een flink stuk mee te gaan in onwaarschijnlijke gebeurtenissen. Maar wie lang
genoeg bij het hoofd, de gekko en grootmoeder Alsinha vertoeft, moet zich wel
gewonnen geven. Humor, maatschappijkritiek, verwondering en betovering wervelen
om elkaar heen. Het levende hoofd brengt bijna terloops flink wat
kritiek op de hedendaagse samenleving, op de ongelijkheid, op de omgang van
mensen met elkaar, op de onethische aanpak van sommige wetenschappers, op de
snelheid waarmee sociale media berichten verspreiden en mensen ongewenst in de
kijker zetten, op de angst die vaak onterecht wordt gecreëerd enzovoort.
Meerdere oudere schrijvers, zoals Aidan Chambers en Guus
Kuijer, gaven al aan te worstelen met de alomtegenwoordige aanwezigheid van
gsm’s en sociale media vandaag, waardoor ze het gevoel hebben niet meer voor
kinderen en jongeren te kunnen schrijven. Pelgrom maakt er weinig woorden aan
vuil, maar de razendsnelle verspreiding van beelden en meningen stuwt het
verhaal wel mee vooruit. Bovenal
slaagt ze erin met dit fantastische verhaal in beeld te brengen dat ‘anders
zijn’ pas ontstaat in confrontatie met anderen: prachtig is bijvoorbeeld
de ontmoeting van Witteveer met een blinde man en zijn ezel, waarin geen van
beiden zich bewust is van wat de ander bij voorbijgangers oproept.
Prachtige
bladvullende illustraties van Sylvia Weve vertolken het verhaal in beeld en
geven het een aparte sfeer. In donkere bruintinten, nu en dan doorspekt met
krachtig rood en andere kleuraccenten, roept Weve een exotische, licht
abstracte wereld op die tegelijk vertrouwd aandoet en bevreemdt. De vele
prenten, gul verspreid, dragen bij aan de uitstraling van het boek, dat erg verzorgd
is uitgegeven en een knappe, tijdloze cover kreeg. Had de uitgever dan meteen
begrepen dat Het levende hoofd wellicht vooral nostalgische, wat oudere lezers
zou bekoren?
Els Pelgrom, Sylvia Weve: Het levende hoofd, Luitingh-Sijthoff, Amsterdam 2022,
196 p. : ill. ISBN 9789024597277. Distributie VBK België
deze pagina printen of opslaan