Vertaald proza

David Almond: Het ware verhaal van het monster Billy Dean

door Vanessa Joosen

In de jeugdliteratuur heeft de Britse schrijver David Almond ongeveer het hoogste bereikt wat een auteur zich wensen kan. Al van bij zijn debuut Skellig (De schaduw van Skellig in 1998) zijn Almonds adolescentenromans veelvuldig geprezen, bekroond en vertaald, en voor zijn hele oeuvre kreeg hij de Hans Christian Andersen Medal, die ook wel eens 'de kleine Nobelprijs voor de jeugdliteratuur' wordt genoemd. Daarbij heeft Almond internationaal een trouwe schare lezers opgebouwd die zeker niet alleen uit kinderen en jongeren bestaat.
 
Op de achterflap wordt Het ware verhaal van het monster Billy Dean Almonds eerste roman voor volwassenen genoemd, maar de grens met zijn proza voor adolescenten is erg dun. Het enige opvallende verschil is dat het hoofdpersonage Billy Dean opgroeit tot een volwassene. Thematisch en stilistisch is het boek even uitdagend als de rest van Almonds werk.
 
Het verhaal begint in de kindertijd van Billy: hij leeft in een dystopische wereld, in het stadje Blinkbonny, dat door een groep zelfmoordterroristen is herschapen in een woestenij. Aanvankelijk weet Billy weinig van de wereld om hem heen, want als de onwettige zoon van een priester leeft hij de eerste dertien jaar van zijn leven opgesloten in een kamer, waar hij enkel door een dakraam naar de vogels kan staren. Zijn vader is een autoritaire figuur, die ooit geloofde dat Billy voorbestemd was voor grootse daden, maar die zijn verbijstering en teleurstelling niet kan verhullen wanneer Billy geen bijzondere talenten tentoonspreidt.

Het begin van de roman doet sterk denken aan Room (Kamer)van Emma Donoghue, maar in tegenstelling tot Jack, het opgesloten jongetje uit dat boek, moet Billy het vaak zonder zijn moeder doen. Zijn grootste overlevingskracht is zijn fantasie, en wanneer hij op een dag een set boerderijdieren van zijn vader krijgt, ontwikkelt zich een bizar spel waarin de jongen zich stilaan als een lugubere God gedraagt, die leven geeft, maar het ook kan nemen, en die nieuwe diersoorten kan creëren. De lezer moet van op een afstand toekijken hoe dit kind hunkert naar liefde en respect, en dreigt te veranderen in een kleine psychopaat.
 
Voor het zover komt, vertrekt Billy’s vader uit Blinkbonny en zijn moeder vindt de moed om haar geheime zoon aan de wereld te tonen. Opnieuw worden aan de jongen bijzondere gaven toegeschreven: hij is geboren op de dag dat Blinkbonny verwoest werd, en hij weerspiegelt de onschuld en de goedheid die de andere overlevenden zijn kwijtgespeeld en willen herwinnen. Aanvankelijk wil Billy vooral de wereld om zich heen leren kennen, maar uiteindelijk maakt hij de bovennatuurlijke krachten die aan hem toegeschreven worden waar, en is hij in staat als een moderne Christusfiguur verlossing en genezing te brengen aan de vele mensen die op hem een beroep doen. Daarbij dreigt hij opnieuw zichzelf en alles wat hem lief is te verliezen. Bovendien blijft de haat van zijn vader als een zwaard van Damocles boven Billy’s hoofd zweven.
 
Almond speelt in veel van zijn werken met zonderlinge figuren die een eigen taaltje spreken, en Billy doet vaak denken aan Sterre, het hoofdpersonage uit Heaven Eyes (Het zwarte slik). Sterre is een meisje dat jarenlang afgezonderd heeft geleefd van de beschaafde wereld en haar eigen taaltje is beginnen te spreken, vol neologismen en verbasteringen. Billy Dean spreekt gewoon, maar is nooit naar school geweest en heeft dus nooit leren spellen. Dat resulteert in een fonetische schrijfstijl, zoals de eerste zinnen van het boek illustreren:
 
“Dit isset verhaal van un jongen die bij zn geboorte dootging, 1tje die op de werelt kwam in un oneinege tijt van oorlog & presies op ut moment dat de bom barste. Hij groejde op in afzondering terwijl de vernietegingsmesjienes vlogen & rookwolken boven de steden hingen & woestenij & puin de hele werelt over kropen”.
 
De schrijfstijl heeft van de vertaalster, Annelies Jorna, heel wat studiewerk en creativiteit verlangd, zo getuigt ze in het nawoord. Ook de lezer bezorgt de aparte spelling aanvankelijk flink wat hoofdbrekens, maar zodra je in de wereld van Billy bent binnengetreden, is het verhaal meeslepend genoeg om de stijl voor lief te nemen en gaandeweg te waarderen. De naïviteit die eruit spreekt, past bij de kinderlijke aard die Billy ook als volwassene bewaart.
 
Almond trekt ook zijn gebruikelijke magisch-realistische spel met fantasie en werkelijkheid door in dit moderne Christusverhaal. Daarnaast verbinden zijn voorliefde voor vogels en de zee dit boek met de rest van zijn oeuvre, net als zijn interesse in archeologie en de band tussen heden en verleden. Bijzonder symbolisch en ontroerend zijn de passages waar Billy en zijn moeder in het puin van Blinkbonny op zoek gaan naar de restanten van een Jezusbeeld. Hoe slecht de kerk ook uit de verf komt, en hoezeer Billy en zijn moeder onder de tirannie van een geestelijke geleden hebben, hun verlangen om te geloven in een goede God is groot.
 
Net zoals de meeste hoofdpersonages van Almond heeft Billy Dean alles om de lezer voor zich in te nemen: hij is zuiver van hart, houdt zielsveel van zijn moeder en lijkt na zijn vrijlating nauwelijks getekend door zijn lange opsluiting en de psychologische mishandeling door zijn vader. Zelfs als bovennatuurlijke genezer behoudt hij iets van de naïeve verwondering waarmee hij voor het eerst de wereld betrad, en elke vorm van arrogantie of haat is hem vreemd. De naïeve blik van Billy geeft de lezer veel ruimte om tussen de regels te lezen en zelf handelingen van andere personages te interpreteren. Daarbij komt de gewelddadige climax niet helemaal uit de lucht vallen. Met de terugkeer van zijn vader moet Billy uiteindelijk zijn naïviteit overwinnen en zijn onschuld neerleggen. Het is de laatste stap die hij nodig heeft om volwassen te worden en uit te groeien tot de fictieve schrijver van dit bijzondere levensverhaal.
 
David Almond: Het ware verhaal van het monster Billy Dean, Querido, Amsterdam 2012, 287 p. ISBN 9789021441832. Vertaling van The true tale of the monster Billy Dean telt by hisself door Annelies Jorna. Distributie Standaard Uitgeverij
 
Oorspronkelijk verschenen in De Leeswolf 2012 

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 10, DECEMBER 2024

Dius

Stefan Hertmans

Kruisende lijnen

Junichiro Tanizaki

Memoires van een kip. Een Palestijnse fabel

Ishaq Musa Al-Husseini

We moeten ‘misschien’ blijven denken

Esther Jansma

Wij van de Ripetta

Thomas Lieske

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 10, DECEMBER 2024

De wens, of Het ware verhaal van Titi en Tony

Tereza Horvathova , Michaela Kukovicova (ill.)

Het is rood en rond…

Jan Jutte

Ludas en Bontje

Jan Paul Schutten, Sanne te Loo (ill.)

Wie heeft Steef opgegeten?

Susannah Lloyd, Kate Hindley (ill.)

Wij, ervoor en erna

Jenny Valentine

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri