Eddo Hartmanns liefde voor de fotografie vindt zijn
oorsprong in het prille medium met lange belichtingstijden, dat in het werk van
de negentiende-eeuwse fotograaf Daguerre weerspiegeld wordt. ‘Wat herkenbaar
voor mij was uit de fotografie van die tijd is dat je op een plek kunt zijn
waarbij fotografie als een soort tijdmachine fungeert. Je kunt als het ware de
tijd stilzetten en op een plek rondlopen terwijl je alle haartjes van het gras
en alle naden van de stoeptegels kunt tellen.’ Als fotograaf wil Hartmann
‘ontdekkingsreiziger zijn en op plekken komen waar nog niemand geweest is of
mooier nog: die nog niet zijn verzonnen’. Opvallend daarbij is dat hij even
sterk opgaat in zijn professionele werk voor reclame en bedrijfsleven als voor
zijn vrije werk. Vooral de uitwisseling van ideeën spreekt hem aan, wat
mogelijk zijn continu leerproces verklaart, waarbij hij af en toe andere
fotografen assisteert bij hun werk en die ervaring relateert aan zijn eigen
werkwijze. ‘Mooi en technisch perfect’ is een veelgehoorde classificatie van
Hartmanns fotografie, maar voor hem is vooral belangrijk ‘dat het mensen raakt’
omdat ‘schoonheid komt met toewijding, passie en tijd; het is iets wat je goed
onderzoekt’. Fotografie in zijn zuiverste vorm is voor Hartmann een ‘beleving’:
‘Het boeddhistische idee dat je één in het moment bent, helemaal leeg, zonder
dubbele gedachten’. Zijn sterkte is het alledaagse bijzonder te maken, wat
maakt dat hij eerder gevraagd wordt om saaie dan pittoreske onderwerpen te
fotograferen. Het Atomium in verval, het ensceneren van een maanlandschap in
het desolate Death Valley, de naakte mallen van een taxidermist, vintage
computers of onderdelen van een elektriciteitscentrale. Het resultaat zijn
beelden van een geënsceneerde bevreemde schoonheid, die interesse opwekken door
iets te laten zien dat niet zomaar met het naakte oog waarneembaar is.
Wetenschap, techniek en verval lijken op Hartmanns website (eddohartmann.nl)
het leeuwendeel van zijn oeuvre te typeren. De mens is doorgaans afwezig, maar
duikt af en toe op met een bevreemdende gelaatsuitdrukking. Die mens is ook
afwezig in zijn recent gepubliceerd persoonlijke project uit 2008: Hier woont
mijn huis / Here lives my home. Met de afstandelijkheid van een
politiefotograaf registreert Hartmann de plaats delict van zijn jeugd. Het huis
waarin hij opgroeide, maar dat hij als jonge tiener met moeder en oudere broer
ontvluchtte voor zijn gewelddadige vader. Pas een paar decennia later, wanneer
de vader onder last van schulden het huis verlaten heeft, bezoekt Hartmann twee
dagen de woning. Het hele interieur, begraven onder lagen paperrassen en
rommel, wordt in een inleidende tekst van Douwe Draaisma vergeleken met een
archeologische site, waarin traumatische herinneringen begraven zijn. Enkel de
punt van een voet verraadt de tijdelijke aanwezigheid van de fotograaf in een
wereld waar voor altijd de tijd stilstaat.
Bron: Annemiek van Grondel: ‘Ontdekkingsreiziger in tijd en
ruimte’ uit Identity Matters (#1+2/07)
Eddo Hartmann: Hier woont mijn huis / Here lives my home,
Lannoo Tielt, 2012, 70 p. : ill. ISBN 9789401402248
deze pagina printen of opslaan