‘Well,
I am very surprised and honoured, but the fact is — I have to go to the
dentist’.
Zo reageerde de zeventigjarige
Guus Kuijer toen Larry Lempert, juryvoorzitter van de Astrid Lindgren Memorial
Award, de auteur opbelde om hem te feliciteren als winnaar van de tiende editie
van de prestigieuze literatuurprijs. De reactie van de laureaat typeert ook
zijn schrijfstijl ten voeten uit: nuchter, spontaan en met humor. De motivering
van de ALMA-jury om Kuijer te bekronen, luidt als volgt: ‘Guus Kuijer geeft met
onbevooroordeelde blik en intellectuele scherpte de problematiek van de moderne
samenleving en de grote levensvragen vorm. In zijn boeken is het respect voor
het kind net zo vanzelfsprekend als het afstand nemen van intolerantie en
onderdrukking. Kuijer verenigt diepe ernst en messcherp realisme met warmte,
subtiele humor en visionaire fantasieën. Zijn eenvoudige, heldere en exacte
stijl omvat filosofische diepzinnigheid evenals vederlichte poëzie.’ (Het
volledige juryverslag leest u op www.alma.se.)
Kuijer is de eerste
Nederlandstalige auteur die de onderscheiding op zijn conto mag schrijven. In
een interview werd Lempert gevraagd waarom van alle 184 kandidaten uit 66
landen net Kuijer uit de bus viel. Volgens de voorzitter was het voor de jury
niet zozeer duidelijk waarom de andere kandidaten niet in de prijzen waren
gevallen, als wel waarom Kuijer de hoofdvogel afschoot. De ALMA is een
oeuvreprijs, maar als we kijken naar de winnende kandidaten van de laatste
jaren — Kitty Crowther, Shaun Tan — lijkt Kuijer toch geen voor de hand
liggende keuze. Waar er bij Crowther en Tan uitdrukkelijk een keuze voor vrij
jonge dubbeltalenten was, voor een samenspel van woord en beeld, is het
toekennen van de prijs aan Kuijer toch meer een ‘klassieke’ keuze van de jury.
Kuijer is een oude rot in het vak, een echte schrijver, een onderwijzer
in oorsprong, die al snel de schoolboeken sloot en zelf ging schrijven. Zijn
hoofdpersonages zijn boekenkinderen pur sang, die gedichten maken, lezen,
brieven schrijven. Omgekeerd zijn zijn vele boeken ook echte kinderboeken: voor
en met kinderen in de (pre)puberteit, vol fantasie en kattenkwaad, met veel
verwondering in hun kinderlijke blik.
Lempert verklaarde dat hoewel
Kuijer in tien talen is vertaald en ruime waardering kent — twee keer won de
auteur de Deutscher Jugendliteraturpreis —, zijn boeken het verdienen om voor
nog meer lezers toegankelijk te zijn. In het interview liet Lempert zich een
paar keer min of meer dezelfde woorden ontvallen: ‘human values’, ‘humanism’,
‘humanity’, waarden waarmee de jury rekening houdt bij het oordeel. ‘He
[Kuijer] represents exactly what ALMA stands for’. De keuze van de jury van
2012 is niet uitsluitend een keuze voor een hoge literaire kwaliteit. Die heeft
Kuijer natuurlijk ook te bieden — wie wordt niet ‘wiebel’ (i.e. ‘geraakt’ in
Pollekes woorden) door zijn taal, de korte hoofdstukjes die desondanks zo
compleet lijken, zijn filosofische en gevoelige benaderingswijze.
Het is ook een keuze
voor de waarden die zijn oeuvre belichaamt, en waarin de jury de geest van
Astrid Lindgren herkent. En net zoals Lindgren in kranten en toespraken een
opiniemaker was, neemt ook Kuijer stelling. In de jaren tachtig publiceerde hij
een essaybundel, Het geminachte kind, waarin hij nagaat hoe kinderen
door de maatschappij waargenomen worden, en in 2011 verscheen van hem Draaikonten
& haatblaffers, een non-fictiewerk over verdraagzaamheid. Vaak duiken
in Kuijers werk voor kinderen, dat als het ware vier decennia opgroeien in
Nederland omvat, maatschappelijke thema’s op: eenoudergezinnen, vergrijzing,
verslaving, verwaarlozing, mishandeling, multiculturaliteit, marginaliteit...
Toch zijn het verre van kommer-en-kwelboeken. Kuijers boeken nemen het kind
ernstig, maar slagen erin de lezer niet te overladen: ze zijn toegankelijk maar
voldoende uitdagend, ernstig maar licht van toon. Ze zijn in staat hele naties
en generaties lezers achter zich te scharen omdat ze uitgaan van het door ons
zo gekoesterde idee van vrijheid. In veel van zijn boeken en reeksen (Florian
Knol, Polleke, Het grote boek van Madelief, Het boek van alle dingen etc.)
ondergaan de jonge hoofdpersonages als vanzelf een moraliteitsonderzoek. Ze
stellen elkaar en hun omgeving in vraag en dat leidt spontaan tot ideeën over
rechtvaardigheid, verdraagzaamheid en vrijheid. Vaak heeft dit tot gevolg dat hoofdpersonages
(leren) opkomen voor zichzelf, voor andere kinderen, voor ouderen en zwakkeren.
Niet zelden worden volwassenen in hun hemd gezet, of liever gezegd: wordt het
vaak duidelijk dat ze ondanks hun machtige positie allesbehalve feilloos zijn.
Kuijer blijft trouw aan het kinderperspectief, maar dankzij scherpzinnige,
subtiele dialogen drijven ideeën boven — ideeën die het personage en de
kindlezer kunnen activeren. In dat opzicht liggen de boeken van Kuijer helemaal
in de lijn van de ALMA, die (vertalingen van) literatuur van de hoogste
kwaliteit toegankelijk wil maken om het zelfvertrouwen van jonge lezers en het
bewustzijn over hun rechten te doen groeien.
Dankzij het hoge prijzengeld van maar liefst 540.000 euro
(volledig beschikbaar gemaakt door de Zweedse regering — omdat lezen zo
belangrijk is!) en de daarbijbehorende media-aandacht en internationale
uitstraling waarop de prijs kan bogen, lukt dat ook. Het ziet er dus naar uit
dat het oeuvre van Kuijer terecht nog lang en wijdverspreid zal worden gelezen
en internationaal kan doorwerken.
Oorspronkelijk verschenen in De Leeswelp
deze pagina printen of opslaan